Stucwerk kan prima bestand zijn tegen vocht, als maar de juiste materialen voor de specifieke situatie worden gebruikt. Is er niet goed nagedacht over bijvoorbeeld de combinatie mortel – ondergrond, dan kan het mis gaan; zoals bij café Sjaen in Neer. Gelukkig is een van de stamgasten stukadoor; met kennis van traditioneel stucwerk, én een flink netwerk aan adviseurs.
Tekst: Klokhuys tekst en foto
Fotografie: Klokhuys tekst en foto, Stukadoorsbedrijf Thommassen
Verkeerde combinatie
‘Vragen? Google is je vriend’, was jarenlang de gevleugelde kreet. Maar voor stukadoors die een oplossing voor een probleem zoeken is er meer. De Stukadoorspraatgroep op Facebook bijvoorbeeld. Rond Sinterklaas dropte Jolle Thommassen van stukadoorsbedrijf Thommassen er een interessante topic. De kroegbaas van zijn stamcafé, café Sjaen in Neer, had hem gevraagd of hij eens naar de muren in de bierkelder wilde kijken. In die ruimte staan drie grote biertanks en de brouwer ging de leidingen ervan vernieuwen. Een mooie gelegenheid om de kelder wat op te knappen, en dan vooral de muren onder handen te nemen want die zagen er niet best meer uit. Het stucwerk was flink beschadigd en regelmatig vielen er nog stukken naar beneden. Vochtbelasting, was het oordeel van stukadoor Thommassen. “Aan de muur hing een koelunit, die zorgde voor veel condens op de wand. Verder hingen de leidingen van de bierpompen voor de muur en elke keer als er van tank gewisseld moest worden omdat er eentje leeg was, spoot het bier tegen de wand als er werd afgekoppeld. Dat was allemaal teveel van het goede. Er zat namelijk een cementpleister op de wand en die is veel te hard voor de zachte bakstenen ondergrond. Door de vochtbelasting was hij er af geklapt.”
Uiteenlopende adviezen
De eigenaar van het café wilde de wanden in de kelder wel opnieuw gestuct hebben, alleen moest dat geen kapitalen gaan kosten; het is immers een opslagkelder en geen uithangbord. Het moest wel degelijk stucwerk worden dat op de wand blijft zitten, ook als er in wordt geboord om de nieuwe bierleidingen vast te zetten. En ook als er vocht op komt. “Probleem was dat de muur zelf ook vochtig was, dat kon ik aan de uitbloedingen zien”, zegt Thommassen. “Het liefst zou je het eerst helemaal laten drogen maar die tijd was er niet.” Hij moest op zoek naar de beste manier om het probleem aan te pakken. “Ik werk samen met mijn vader, die zit al 35 jaar in het vak. Van hem leer ik veel, vooral traditioneel stucwerk. Ik wilde het er met hem over hebben maar dacht dat het geen kwaad kon om het ook eens aan de collega’s in de Facebookgroep te vragen.”
Nou zijn stukadoors niet te beroerd om daar allerlei grappig bedoelde maar weinig werkbare oplossingen aan te dragen, maar ditmaal kwamen er louter serieuze en goedgemeende adviezen. Alleen een beetje veel, en behoorlijk uiteenlopend. Lastig kiezen dus. “Mijn vader en ik hebben die oplossingen samen bekeken. We konden er zo al een aantal wegstrepen; die zouden niet werken. Verschillende collega’s adviseerden me om contact op te nemen met Christiaan Stevender van Strikolith dus dat wilde ik doen. Maar voor ik hem kon bellen reageerde hij zelf al.” De technisch adviseur van Strikolith stelde voor om met materialen van Parex Lanko te werken, dat is eigenlijk een materiaal voor renovatie van buitengevels maar zou volgens hem hier ook goed kunnen. “Ik heb dat nog even besproken met ABC in Vierlingsbeek waar we onze materialen halen en het leek hun ook een goed idee”, zegt Thommassen.
Fixeren voor de zekerheid
Op advies van Stevender maakte de stukadoor de muren eerst helemaal kaal zodat er geen loszittende resten waren. Daarna ging hij de oppervlakken te lijf met een schoonmaakmiddel. “Een combinatie van een soort chloor en tinner. Wel verdund met water want het is erg sterk. Het wordt ook wel gebruikt om sierpleisters te reinigen maar hier was het vooral bedoeld om de uitbloedingen van de muur te halen; die waren namelijk het grootste risico. Na het nevelen zag ik eigenlijk niet veel gebeuren maar toen ik er met de staalborstel eroverheen ging, ging het best goed.” Het was wel zaak om het spul niet te erg in de muur te laten trekken dus na het borstelen moest Thommassen de muur meteen afspuiten.
Daags na het schoonmaken kon de pleister op de wand, de ParexLanko Parlumière STH. De sanerende grondpleister, een combinatie van luchtkalk en zoutbestendige bindmiddelen, is eigenlijk bedoeld voor buitengevels en kan ook onder het maaiveld worden toegepast. Hij kan dus prima tegen vocht en dat maakte hem, vanwege de goede dampopenheid, ook een goede oplossing voor deze lastige binnensituatie. Thommassen zette de mortel in twee lagen op. “De eerste laag is een fixeerlaag, daarvoor heb ik de Paralenko gemengd met Fixopierre. Dat middel is heel goed tegen uitbloedingen, het zet ze echt vast. Ik had de ondergrond natuurlijk wel schoongemaakt maar je weet nooit of je echt álles hebt weggehaald. Het is ook een heel oude muur en je weet niet wat er nog aan zouten inzit. Dan kun je maar beter het zekere voor het onzekere nemen en de boel fixeren.”
Die fixeerlaag was 1 cm dik. Bij een buitengevel, waar het materiaal vaak voor wordt gebruikt, zou er een afwerklaag overheen zijn gegaan maar dat hoefde hier niet. “Het is een bierkelder, die heeft geen schoonheidsprijs nodig”, aldus de stukadoor. “En het moest natuurlijk ook niet te veel gaan kosten. Je mag deze Parlumière ook afschuren dus hebben we daar voor gekozen. Alleen moet hij daarvoor wel minimaal 20 mm laagdikte hebben dus heb ik nog een tweede laag opgezet.”
De tap moet open
Een groot werk was het niet voor stukadoorsbedrijf Thommassen, het ging om twee wandjes van zo’n 7 a 8 m2. Maar wel een interessante en leerzame klus. En leuk om te zien dat ook collega-stukadoors graag bereid zijn om serieus advies te geven. Dan is zo’n Facebookgroep wel handig. Thomassen gaf zelf ook nog advies, aan de kroegbaas. “Ik heb gezegd dat het verstandig zou zijn om minstens een dag te wachten met het aanbrengen van de nieuwe bierleidingen, maar of ze dat zullen doen? Ze moesten voor deze werkzaamheden al één avond dichtblijven. Er staat nu wel een thuistap op de bar maar van het weekend moet het wel weer echt los kunnen.”
Over stukadoorsbedrijf Thommassen
Stukadoorsbedrijf Thommassen uit Neer bestaat sinds 1935. Vader en zoon Thommassen richten zich voornamelijk op traditioneel stucwerk bij renovatie en verbouwingen van woningen, betonciré en een enkele keer dunpleisteren in een nieuwbouwwoning. Het bedrijf uit Neer werkt vooral regionaal, voor aannemers, badkamer- en keukenspecialisten en rechtstreeks voor de particuliere opdrachtgevers. Voor het opgemaakte artikel met alle foto’s kunt u Mebest 2020-1 bekijken. Download de pdf met de button hieronder of bekijk online de digitale bladerversie.
Voor het opgemaakte artikel met alle foto’s kunt u Mebest 2020-3 bekijken.