Het zijn vooral de iconische panden van de Zuidas die de aandacht op zich weten te vestigen. Maar wie alleen maar oog heeft voor de NACH’s en de Viñoly’s van het Amsterdamse zakendistrict, mist heel interessante dingen. Het nieuwe onderkomen van Mobiquity bijvoorbeeld; bescheiden van formaat en façade, maar ronduit verrassend van binnen.

Mobiquity is een internationaal opererend bedrijf dat onder meer digitale marketingoplossingen maakt. Er werken zo’n 1200 mensen van meer dan 50 verschillende nationaliteiten, verdeeld over vestigingen in Amerika, Australië, India en Nederland. Razend internationaal dus. Maar afstanden en grenzen doen er nauwelijks toe in de online wereld van vandaag. Dus werken Mobiquity’ers over de hele wereld met elkaar samen in super flexibele teams. Het zijn heel relevante ingrediënten geweest voor het ontwerp dat OOK Architecten maakte voor het nieuwe onderkomen van het IT-bedrijf. Dat huidige kantoor ligt overigens op een steenworp afstand van het vorige, beide zitten aan de Tommaso Albinonistraat in Amsterdam. Het nieuwe onderkomen, bestaande bouw overigens, is alleen een stuk groter dan het vorige, en dat was hard nodig want Mobiquity groeit als kool. En misschien gaat dat dankzij het spannende interieur nu nóg sneller.

Bonus op de BG

OOK Architecten won de prijsvraag voor de inrichting van het nieuwe pand. “Een mooie maar simpele opgave”, aldus Robin van Rossum, mede-eigenaar van OOK. En eigenlijk ook niet precies wat het Amersfoortse architectenbureau het liefst doet. “We maken graag een leefomgeving, een plek waar mensen tot hun recht komen. Daar hoort meer bij dan alleen een mooie stoel of vloer; het totaalplaatje moet kloppen. Verder werken we graag met ruwe materialen zoals blank beton, onbehandeld staal, onbehandeld hout. Duurzame materialen die zijn wat ze zijn en tot in lengte der dagen mooi blijven. Dat vinden we interessanter dan een gelakt oppervlak.” Maar bij Mobiquity ging het eigenlijk om vier tamelijk traditionele verdiepingen met systeemplafonds, rondom gevels van glas en in het midden een kern. Die moesten ingedeeld en ingericht worden.
Wat OOK vooral triggerde aan het pand, was de begane grond, een kale parkeergarage met een heel hoog plafond. Dit gedeelte van het pand zat niet in de opdracht maar de Amersfoortse architecten vonden het eigenlijk een mooiere ruimte dan de verdiepingen erboven en bedachten er spannende mogelijkheden voor. “Door het hoge plafond zou je er een tussenlaag in kunnen maken”, schetst Van Rossum de vergezichten die opdoemden. “Achterin zou je een groot gat in het dak kunnen maken, dan had je een patio en ineens heel veel licht waardoor je planten en bomen zou kunnen neerzetten.” Door die onbegrensde blik werd de opdracht binnengehaald. En daarmee de mogelijkheid om met andere materialen te werken dan op de verdiepingen en van het kantoor niet alleen een goede werkomgeving maar ook een aangename leefomgeving te maken. HLE uit Utrecht deed de nodige constructieve ingrepen, Haklander Interieurbouw uit Harderwijk werd ingeschakeld voor de afbouw van het kantoor terwijl Solved uit Amsterdam verantwoordelijk was voor het projectmanagement.

Mega-variatie in werk- en relaxruimtes

In een aantal sessies met medewerkers van Mobiquity werden behoeften en wensen opgehaald. Volgens Jojanneke Tap, die samen met Van Rossum architect van het project was, speelde het feit dat de medewerkers uit allerlei landen komen een grote rol. “Dat zie je terug in verschillende gebruiken en ook in dat ze veel dingen samen doen. De middagmaaltijd bijvoorbeeld is heel belangrijk, die eten ze gezamenlijk dus daar moest een aparte ruimte voor komen. Voor de spelletjesavonden net zo. De begane grond was ideaal voor dat soort dingen.”
Ook voor de verdiepingen was dat internationale karakter behoorlijk bepalend. Er wordt veel in teams samengewerkt met collega’s in de andere landen, en die teams kunnen flink wisselen in samenstelling en omvang; de ene week werken er aan bepaald project tien mensen, de volgende week zijn het er veertig. Dan zijn er, naast het gewone bureauwerk, ook nog de fysieke overleggen, in klein comité en grotere groepen. Om dat allemaal te kunnen faciliteren heeft OOK de vloeren grotendeels opengelaten met hier en daar aanlandplekken, en rondom afgesloten ruimtes om te bellen, geconcentreerd te kunnen werken of te overleggen. Verder zijn er allerlei zitjes en hangplekken, pingpongtafels, voetbaltafels enzovoorts. “Het is echt behoorlijk extreem met alternatieve ruimtes”, vindt Van Rossum.

Geen kapitaalvernietiging

Alles bij elkaar levert het een levendige werkruimte op, en dan is geluid wel een issue. Op de verdiepingen was de geluidsabsorptie al goed op niveau, die waren casco voorzien van nette witte systeemplafonds. Van Rossum: “Meestal kiezen we daar niet voor, laten we liever beton en installaties in het zicht en passen we een akoestische spuitpleister toe als dat nodig is. Maar als zo’n plafond er al inzit, dan haal je het er niet uit. Dat zou kapitaalvernietiging zijn, en niet bepaald duurzaam.” De houten ombouw die interieurbouwer Haklander rondom de kernen maakte, doet ook veel voor de akoestiek, dankzij de geluidsabsorberende materialen die er in zijn verwerkt. De ombouw is multifunctioneel, hij bevat onder meer pantry’s, printerhokken, toiletten, lockers en afsluitbare stilteruimtes.
Het merendeel van de gesloten werk- en overlegruimtes is langs de gevels gemaakt, met verschillende wandsystemen die voor onder meer goede geluidsisolatie zorgen. Haklander schakelde daar een gespecialiseerd montagebedrijf voor in, Wemes Projecten. Het bedrijf uit Harderwijk was redelijk vrij in het uitzoeken van de wanden. “De eisen waren bekend, daarbinnen konden wij met voorstellen komen”, zegt eigenaar Rutger Wemes. “Het merendeel bestaat uit volglazen wanden van IPE, met aluminium frames. Op de bovenste verdiepingen konden we volstaan met wanden en kaderdeuren met enkel glas. Op een lagere verdieping waren de eisen aan de geluidsisolatie wat hoger, daar hebben we wanden en de kaderdeuren met dubbelglas geplaatst.” Het opvallendste aan een aantal van de transparante wanden op de verdiepingen is dat ze niet de gebruikelijke zwarte frames hebben, maar blauwe.

Dynamische wand

Nog veel minder gebruikelijk zijn de overlegruimtes met de Monobloc wanden. Die wanden zijn verdeeld in blokken van verschillende formaten en verschillende materialen; glas, vilt, whiteboard/magneetboard, hoogglans melanine in twee verschillende tinten wit. Op sommige vlakken is verlichting aangebracht. De mix zorgt voor een speels maar niet onrustig effect. Maar in eerste instantie ging het vooral om praktisch nut in de dynamische werkomgeving, legt architect Tap uit. “Deze wanden helpen om heel actief te kunnen overleggen. Als de mensen op hun werkplek zitten met een team en de bureaustoel omdraaien, dan hebben ze een wand waar ze op kunnen schrijven en dingen op kunnen plakken of prikken.” Datzelfde kan ook ín de overlegruimtes, daar bieden de wanden dezelfde mogelijkheden.
De architect kende de Monobloc wanden niet, dat was een voorstel van Wemes. “Ook dit is van IPE, maar het is wel maatwerk voor dit project”, zegt hij. “De architect had aanvankelijk frames van 4 centimeter breed staal in gedachten maar dan heb je geen tolerantie bij de montage. Die hadden we hier wel nodig want zeker de vloer was niet vlak. Daarom hebben we het teruggebracht naar een cassettesysteem met profielen van 4 cm en een standaard onderbak die je naar onderen kunt uitvullen.” Wemes verzorgde het inmeten en de montage. IPE leverde de cassettes met dubbelglas kant en klaar op de juiste maat aan. Van de andere cassettes kwamen alle onderdelen op maat van de leverancier; die hebben de wandmonteurs zelf ter plekke in elkaar gezet. “Het is in feite een modulair systeem dat je als een systeemwand kunt opbouwen”, zegt Wemes. De geluidsisolatie is volgens hem dik in orde. “Door de dubbele beplating en doordat de gesloten cassettes allemaal gevuld zijn met isolatiemateriaal.”

Interieur als arbeidsvoorwaarde

De begane grond ademt een heel andere sfeer uit dan de fraai en strak afgebouwde verdiepingen. Hier is het vooral beton, baksteen en staal wat de klok slaat. Over de helft van de circa 6 meter hoge voormalige parkeergarage maakte HLE Bouw met een staalconstructie en beton een tussenvloer. Op deze entresol zijn werkruimtes gemaakt, wederom met volglas wanden maar ditmaal met zwarte aluminium profielen. Ook deze wanden werden door Wemes geplaatst, net als de glazen doorvalbeveiliging langs de rand van de tussenvloer.
Heel anders dan op de verdiepingen zijn in dit deel van het gebouw de akoestische maatregelen beperkt. In de werkkamers zijn akoestische klimaateilanden gemonteerd en rondom de kern is weer dezelfde ombouw gemaakt als hoger in het gebouw. Voor de rest is er weinig gedaan om het effect van beton, baksteen, glas en staal te verzachten. “We moesten keuzes maken”, legt Van Rossum uit. “De trein reed, de begane grond moest af. Dan is akoestiek zo’n post waar je nog heel veel tijd in kunt stoppen en geld aan kunt uitgeven maar misschien is het wel niet nodig.” De architect spreekt uit ervaring. “We deden een keer een project waar op basis van het akoestisch advies zo’n 500 m2 akoestisch materiaal in moest worden verwerkt. Dat kostte rond de 2 ton. In overleg met de opdrachtgever hebben we toen niet alles gedaan maar alleen op de plekken waar we het makkelijk kon, zo’n 200 m2.” Nadat er 100 dagen in was gewerkt, bleken er nog een paar plekken te zijn waar de akoestiek niet prettig was. Die zijn toen alsnog aangepast en dan was het nog veel minder dan volgens het advies nodig was geweest. “Ik wil hier niet mee zeggen dat akoestisch adviseurs hun werk niet goed doen maar het is zo specifiek; elk gebouw is zo verschillend en dat zijn de gebruikers ook.” Met Mobiquity sprak OOK ook zo’n 100-dagen proefperiode af. Die is inmiddels afgesloten en Tap heeft de ervaringen geïnventariseerd. “Er bleken een paar plekken waar we nog wat aan de akoestiek moeten doen, onder meer in vergaderruimtes. Waarschijnlijk worden dat baffels en geen akoestische spuitpleister want er zitten best wel mooie plafonds in en die willen we niet kwijt.” Om diezelfde reden zijn de bakstenen wanden slechts ‘gekeimd’. “Net als het beton ís het metselwerk het gebouw”, legt Van Rossum uit. “Zet je daar stuc overheen, dan is het weg. Dat moet je niet willen, zeker voor een bedrijf als Mobiquity. Ze zitten in een sector waar de arbeidsmarkt behoorlijk krap is. Daardoor is de werkplek een soort arbeidsvoorwaarde; het trekt mensen als je een gaaf interieur hebt.”

=====

Tekst: Klokhuys tekst en foto
Fotografie: Hans Gorter

Download de gratis Mebest-app