Het voormalige KLM-hoofdkantoor aan de Haagse Plesmanweg, schuin tegenover Madurodam, is aan weer een nieuwe levensfase begonnen. Na ministerie wordt het monumentale gebouw nu wooncomplex/hotel. Bij de transformatie is veel aandacht besteed aan behoud van karakteristieke elementen van het gebouw, zoals de opvallende plafonds.
Het tekort aan woningen blijft het gesprek van de dag. Om tal van redenen is nieuwbouw moeizaam en dat maakt transformatie van bijvoorbeeld kantoorgebouwen en industriële panden naar appartementencomplexen tot een heel waardevolle optie. In Den Haag wordt de laatste hand gelegd aan zo’n transformatieproject. In opdracht van ontwikkelaar Impact Vastgoed en op basis van het ontwerp van Dennis Hofman van Architektencombinatie, tovert aannemer van Wijnen het voormalig hoofdkantoor van de KLM om tot een multifunctioneel gebouw met woningen en een hotel. Plesmanduin heet het complex. Niet alleen vanwege de locatie – het pand ligt aan de Plesmanweg – maar zeker ook als eerbetoon aan luchtvaartpionier Albert Plesman. Het is immers dankzij de eerste leidsman van de KLM dat het gebouw er überhaupt op deze plek is gekomen.
Stukje geschiedenis
Eind jaren dertig bedacht Plesman dat de sinds de oprichting in 1919 flink gegroeide KLM een nieuw gebouw nodig had om alle diensten van de hoofddirectie in onder te brengen. Schiphol zelf leek hem daar te druk voor, zijn voorkeur ging uit naar Den Haag. Vanwege de Tweede Wereldoorlog is het gebouw in fases gebouwd. Dankzij het plan van architect Dirk Rosenburg, kon dat relatief makkelijk; hij ontwierp een gebouw dat uit vier vleugels en een halfronde recreatiezaal bestond. De eerste vleugel werd in 1939 gebouwd, rond 1950 was de bouw gereed, een kantoorpand van vijf verdiepingen waar 1800 mensen in konden werken. Heel modern was het gebouw ingedeeld met verplaatsbare scheidingswanden. Na KLM, dat uiteindelijk toch naar Amsterdam trok, hebben diverse ministeries gebruik gemaakt van het pand tot het monument in 2017 werd verkocht aan Impact Vastgoed.
Transformatie
Na een aantal jaren leegstand is medio 2021 een begin gemaakt met de transformatie van het kantoorgebouw. De huur- en koopappartementen, waaronder vijf bijzondere loft-woningen en twee zeer royale penthouses, in drie van de vleugels van het monumentale gebouw zijn inmiddels opgeleverd en grotendeels bewoond. In de vierde vleugel wordt nog gewerkt aan een zogenoemd hospitalityconcept voor onder meer overnachten, eten, drinken, vergaderen en sporten. Bij de transformatie van het monumentale kantoorgebouw houdt aannemer Van Wijnen veel van de historische kenmerken van het pand in stand. De gevel bijvoorbeeld is volledig gerestaureerd. Inpandig is er wel veel veranderd, van kantoorkamers moest het immers naar woningen. Bij het maken van de nieuwe indeling kwam het goed uit dat al bij de bouw in de jaren dertig rekening werd gehouden met flexibiliteit. In plaats van de toenmalige scheidingswanden van staal en glas heeft Van de Wiel Complete Afbouw een scala aan woning- en kamerscheidende metalstud wanden geplaatst. Het afbouwbedrijf uit Vught maakte ook de metalstud plafonds in nieuwe woningen. Afwerken daarvan werd gedaan door Combinatie van der Hout. “Die plafonds hebben we allemaal gespoten, met Brander Crystal”, zegt Paul Huisman van het Haagse stukadoorsbedrijf. “Maar dat is lang niet alles wat we in het gebouw hebben gedaan, en eigenlijk ook niet waarvoor we in eerste instantie werden gevraagd.”
Van het één komt het ander
Nog maar een paar jaar geleden werkte Combinatie van der Hout voor Van Wijnen aan de verbouwing van WTC Rotterdam. Dat beviel zo goed dat de aannemer het Haagse stukadoorsbedrijf benaderde voor Plesmanduin; voor het repareren en overpleisteren van het stucwerk in de trappenhuizen en de lifthallen, om precies te zijn. “Maar een goede relatie wil nog niet zeggen dat je het werk ook krijgt, we hebben echt wel flink wat tijd moeten stoppen in het inventariseren en opnemen van het werk.” Elk van de vier vleugels van het zeven lagen tellende gebouw (het loopt van -2 naar +5) heeft namelijk een zelfstandige entree, met elk een trappenhuis en een liftschacht. Ook op de plekken waar de vleugels elkaar kruisen, zijn trappenhuizen en liften. “In totaal ging het voor ons om 14 trappenhuizen en 25 lifthallen”, zegt Huisman. Veel werk dus, vooral ook omdat er best wel wat schade in het stucwerk van de wanden en de plafonds zat, zo merkte de stukadoor. “De ondergrond is metselwerk en beton. Dat is in het verleden uitgeraapt met een kalkmortel en in de jaren 70 en 80 helemaal gespoten met een spack. Toen we het in 2021 kwamen opnemen, zaten er best wel wat vochtproblemen in het gebouw. Vanaf 2017 heeft het toch een aantal jaren leeggestaan. Het was dan wel dicht, maar er zijn toch wat lekkages geweest in die periode én er is natuurlijk niet gestookt toen het leeg stond. En er waren door de jaren heen ook verschillende verflagen over elkaar heen gezet, dat zorgt voor spanningen in het stucwerk. Alles bij elkaar heeft dat wel voor wat schade gezorgd.” Door op het stucwerk te kloppen, vonden de stukadoors de plekken waar de raaplaag los was gekomen van de ondergrond. Die delen zijn volledig kaalgemaakt tot op het metselwerk. Na voorlijmen met een hechtprimer werd het stucwerk met gips weer aangeheeld. “Je kunt met gips prima op kalkmortel aansluiten”, zegt Huisman. “In het verleden zijn er hier ook allerlei kalkraaplagen met gips overgepleisterd en dat heeft niet voor problemen gezorgd.” Ook nu hebben zijn stukadoors alles met gips gepleisterd.
Bijzondere plafondvariaties
Waar de wanden van de trappenhuizen en de lifthallen redelijk identiek waren, trof Combinatie van der Hout in die ruimtes een heleboel verschillende plafonds aan. Strakke plafonds met hooguit een platte plint, verschillende getoogde plafonds en, weer heel anders, een plafond met een heleboel ingestukadoorde koepeltjes. “Dat was echt een heel arbeidsintensief plafond, we hebben dat, inclusief de koepels, helemaal overgepleisterd.” Ook uitdagend zijn de plafonds van de lifthallen in de D-vleugel, waar het hotel komt. De ruimtes lijken op het eerste gezicht rond, maar ze zijn in werkelijkheid ovaal. De plafonds zijn gewelfd, en onderverdeeld in segmenten. Door de ovale vorm zijn de ribben tussen de segmenten niet helemaal recht, maar maken ze een slinger. De radius van de welvingen varieert, zelfs binnen elk segment is de de ene plek ronder en holler en de andere plek juist vlakker. Stukadoors Martin, Peter en Damian Jongbloed hebben er een enorme klus aan. “Je kunt zoiets beter helemaal van nul af maken want dan kun je hem helemaal naar je hand zetten. Met het repareren en overpleisteren wat we nu doen, moet je de rondingen van het bestaande werk volgen en doordat het overal zo verschillend is, is dat echt heel erg lastig.”
Futuristische taferelen op de 7e
Een heel apart plafond dat Huisman moest herstellen, is dat van de penthouses in de C-vleugel. In de KLM-tijd zat hier de eetzaal; een grote ruimte van zo’n 40 meter lang en 10 meter breed. De ruimte heeft over de hele breedte een gewelfd plafond. Meest opvallende van de ruimte is niet het plafond, maar de futuristische wandschildering waarmee Eppo Doeve in 1959 een van de wanden van de kantine verfraaide. Uiteraard is het kunstwerk, een cadeau van Heineken Bier aan KLM ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van de luchtvaartmaatschappij, bij de transformatie naar Plesmanduin behouden. Dat geldt ook voor de hanglampen en de spotjes die de planeten en de sterren van de schildering weerspiegelen, en de openingen van de luchtverversing die dezelfde vorm hebben als de uitlaten van raketmotoren. De luchtverversing zelf moest echter worden vervangen en daarvoor moest het gewelfde plafond over de gehele lengte en over een breedte van een meter of 3 worden opengemaakt. Na die operatie was het aan Combinatie van der Hout om de boel weer zodanig te herstellen dat er van de ingreep niets te zien is. Hiervoor riep het stukadoorsbedrijf de hulp in van Stucanetspecialist Gerlo.
Van steengaas naar Stucanet
“Het originele plafond is met steengaas gemaakt, daar kun je goed met Stucanet op aansluiten”, zegt Edwin de Vlam van het bedrijf uit Den Bosch. “Het plafond was opengeslepen. Ik heb eerst een randje van 10 a 15 cm gips weggehaald, dan houd je kale steengaas over en daar kan ik mijn Stucanet overheen leggen en aan vast vlechten. Met zo’n overlap heb je een stevige ondergrond. Zet je Stucanet koud tegen het steengaas aan, dan heb je goed kans dat precies op die aansluiting de gipslaag gaat scheuren.” Groot voordeel van Stucanet is dat je het in zo’n beetje elke gewenste vorm kunt buigen. De welving van het plafond was dan ook absoluut geen probleem om te maken. “Belangrijk bij dit werk is dat je de nieuwe pleisterdrager precies goed op hoogte hangt, anders ga je dat zien in het afgewerkte plafond. Ik had de aannemer gevraagd of ze op de kopse kanten van de verdieping met schenkels de juiste radius wilden maken. Die kon ik gebruiken om met lasers het ophangsysteem op de juiste hoogte te maken.” Dat ophangsysteem bestaat uit hangers die De Vlam aan de betonnen dakconstructie van het gebouw en aan de balken van het staalskelet heeft bevestigd. Aan de hangers heeft hij vervolgens een stalen netwerk gemaakt waaraan hij de platen Stucanet kon vlechten.
Roestvermijdend gedag
Voordat hij aan het werk gaat, loopt De Vlam ook altijd het oude steengaas na. “Vroeger werd het vaak bevestigd met staal of ijzerdraad dat wel eens wilde gaan roesten”, legt hij uit. ”Dat was niet zo erg omdat er veel op cementbasis werd gestukadoord, maar tegenwoordig is het veel gips en dan kun je door chemische reacties zelfs van de kleinste spijkerkopjes grote roestplekken krijgen. Daarom werk ik altijd met gegalvaniseerd betonijzer en gegalvaniseerd draad; die producten roesten niet.” Bij de transformatie heeft Van Wijnen ook de nodige speakers uit het plafond verwijderd en leidingen gerepareerd. De gaten die daardoor ontstonden, heeft de Stucanetspecialist ook gerepareerd. Hij heeft zelfs op verschillende plekken de ronde kooflijst bij de overgang van het gewelfde plafond naar de vlakke wand met Stucanet gerepareerd. Inmiddels is van de circa 300 a 400 m2 Stucanet die Gerlo heeft aangebracht, niets meer te zien, Combinatie van der Hout heeft de reparaties uitgeraapt en het hele plafond opnieuw gepleisterd. Alles bij elkaar was het een behoorlijk groot en intensief werk voor het Haagse stukadoorsbedrijf. Maar het is natuurlijk wel fantastisch om aan de transformatie van zo’n markant gebouw in eigen stad meegewerkt te hebben.
=====
Tekst en fotografie: Klokhuys tekst en foto