Machinefabriek De Schelde in Vlissingen wordt bewaard voor de toekomst. Ook de kenmerkende geveltekst is onderdeel van de operatie. Restaureren was echter zinloos; de letters zijn helemaal opnieuw gemaakt, met een nieuwerwetse variant van een eeuwenoude techniek.

Ontzettend dik bezaaid met industrieel erfgoed is Vlissingen niet. Dat is best gek, want in de geschiedenis van de havenstad neemt scheepsbouw een voorname plek in. Bekendste naam wat dat betreft is waarschijnlijk NV Koninklijke Maatschappij De Schelde. Opgericht in 1875 groeide dat bedrijf uit tot de grootste werkgever van de stad, zelfs van heel Walcheren. Er werden niet alleen schepen gebouwd, maar ook machines, ketels, motoren en stoomturbines. Het bedrijfsterrein van De Schelde besloeg een heel groot deel van de binnenstad, bij de haven. Na een aantal fusies werd de Schelde in de jaren zeventig onderdeel van het Rijn-Schelde-Verolme concern, maar dat hield in 1983 op te bestaan. Een tijdje nog kon De Schelde zelfstandig verder, tot in de jaren negentig het licht uitging. Begin deze eeuw kocht scheepsbouwer Damen de werf. De activiteiten werden echter al vrij snel verplaatst naar de rand van de stad. Het immense bedrijfsterrein bij de haven wordt sindsdien omgevormd tot woonwijk. Veel van het industriële erfgoed dat De Schelde heeft achtergelaten, heeft daarvoor plaats moeten maken. Een klein aantal van de kenmerkende gebouwen is echter behouden en onderdeel geworden van de herbestemming. De voormalige timmerfabriek bijvoorbeeld is tegenwoordig Hotel De Timmerfabriek en in de voormalige zware plaatwerkerij is sinds een jaar of vijf woonzorgcentrum De Scheldehof gevestigd. Bouwgroep Peters, dat beide transformaties uitvoerde, is momenteel bezig met de derde reddingsoperatie: het cascoherstel van de Machinefabriek.

Gevaarlijke combinatie

De Machinefabriek staat al ruim twintig jaar leeg, en daar kunnen nog wel wat jaren bijkomen. “Wat de nieuwe bestemming van de Machinefabriek gaat worden, is nog niet bekend”, zegt Pieter Roth, uitvoerder bij het bouwbedrijf uit Middelburg. “Duidelijk was wel dat er iets aan het gebouw moest gebeuren wil je over een poosje nog iets te herbestemmen hebben. Los daarvan was het ook gewoon een gevaarlijk situatie vanwege loszittend metselwerk in de gevel.” Oorzaak van de deplorabele staat van het ruim 100 jaar oude gebouw is volgens Roth het staal. De constructie van het pand bestaat uit stalen balken en spanten. Daar is baksteen tegenaan en omheen gemetseld. “Dat is vragen om problemen. Staal heef een heel ander uitzettingscoëfficient dan baksteen. Als het warm wordt dan kan het flink in volume toenemen en de baksteen wegduwen. En als dat het niet doet, dan zorgt de corrosie van het metaal er wel voor.” Voor een blijvende oplossing had al het metselwerk gesloopt moeten worden en het staal gestraald en geconserveerd. Dat zou echter een veel te kostbare ingreep worden. Voor het cascoherstel is nu bij alle penanten de steen afgekapt zodat het staal in ieder geval aan de voor- en achterzijde kon worden behandeld waarna het opnieuw is ingemetseld.

Een steeds terugkerend verhaal

De problemen met het staal hebben ook gevolgen gehad voor het enige esthetische onderdeel van de ingreep. Hoog op de zuidgevel van de kolos, de Machinefabriek meet circa 100 x 100 x 17 meter, staat de tekst: ANNO MACHINEFABRIEK 1913 ANNO DE SCHELDE 1917 ANNO MACHINEFABRIEK 1919. Een wat cryptische tekst op het eerste gezicht, maar hij geeft aan dat het gebouw in drie etappes is gebouwd; de eerste traverse werd in 1913 voltooid, de tweede in 1917 en de laatste in 1919. Een handjevol van de letters van de kenmerkende geveltekst was beschadigd en de gemeente wilde graag dat die gerepareerd zouden worden. “Maar dan ga je het eens van dichtbij bekijken en bestudeer je wat oude foto’s en dan kom je erachter dat het misschien beter is om wat meer te doen dan repareren”, zegt Roth. Op een foto van de bouw van de derde traverse kon hij bijvoorbeeld zien dat op de hal van 1913 de M al kapot was; al een jaar of vijf nadat hij was gemaakt dus. En op andere foto’s die door de jaren heen zijn gemaakt, waren steeds weer andere beschadigde maar ook weer gerepareerde letters te zien. “Conclusie was dat ze eigenlijk doorlopend bezig zijn geweest de letters te herstellen, maar dat ze steeds weer kapot gingen.” Gek is dat niet, want de tekst is destijds in een baksteen diep terugliggend vlak gemaakt met de sgraffito-techniek; dus door een dikke laag stucmortel aan te brengen en daar de letters uit te krabben. Een beproefde techniek, maar op zo’n instabiele ondergrond als deze gevel, niet bepaald een duurzame.

Scheuren overbruggen met piepschuim

Omdat het om stucwerk ging, zocht Roth de oplossing ook in die hoek. Hij nam contact op met Kars Geerken van SLP/Khalix die hij kende van eerdere projecten. Vanuit de ervaring die bij vergelijkbare problematiek was opgedaan, adviseerde de leverancier een scheuroverbruggende oplossing met EPS gevelisolatieplaten. Ook opperde SLP/Khalix om Stukadoorsbedrijf van Baal uit Rijsbergen en Goes te benaderen voor de uitvoering. “Je hebt een bedrijf nodig met bepaalde kwaliteiten én een bepaalde capaciteit om een werk van deze omvang en moeilijkheidsgraad aan te kunnen en die zijn er niet zo veel in deze hoek van Nederland”, legt Geerken uit.
Volgens het advies kapten de mannen van Van Baal al het stucwerk tot op het metselwerk af. Ook het gaas dat destijds als pleisterdrager over het staal was aangebracht, werd verwijderd. De spanten zijn ontroest en voorzien van Owatrol en vetband. Vervolgens zijn er stroken Knauf Aquapanel overheen aangebracht. De cementgebonden plaat is met hechtmortel SLP HGS-02 WA verlijmd op het metselwerk, maar wel vrijgehouden van het staal, om thermische beweging mogelijk te maken zonder dat dat schade veroorzaakt. De stenen ondergrond is met SLP MCP-10 voorzien van een 12 mm dikke raaplaag om een vlakke egale ondergrond te krijgen waarop de tekst konden worden aangebracht.

Nauwkeurig overgeschreven

De letters konden niet weer in sgraffito worden gemaakt, dat zou veel te kwetsbaar zijn. De oude techniek had SLP/Khalix echter wel op een idee gebracht. “EPS heeft niet alleen het voordeel dat je er een scheuroverbruggende laag mee kunt maken, je kunt er met nieuwe technieken ook allerlei vormen uit frezen; dus ook letters”, zegt Geerken. Hij ondernam een lange zoektocht om een vergelijkbaar lettertype te vinden. Dat bleek echter vruchteloos, de letters zijn begin vorige eeuw namelijk met de hand op de gevel gemaakt en verschillen nogal van elkaar qua afmeting en onderlinge afstand. Er zat niets anders op dan ze 3D in te scannen en de computer heel nauwkeurige kopieën uit de EPS-platen te laten frezen. De 40 mm dikke vormdelen zijn op de raaplaag geplakt en in de tekstvakken eromheen zijn vlakke EPS-platen van dezelfde dikte aangebracht. Net als bij een buitengevelisoaltiesysteem is over de EPS-platen een mortelweefsellaag aangebracht; met de cementgebonden SLP HGS-02 WA. Die is vervolgens afgewerkt met SLP GMS-05 Unipleister, ongeveer 8 mm dik. Als sluitstuk zijn met een siliconen-emulsieverf de letters zwart en de vlakke delen eromheen grijs gemaakt.
Vergeleken met vroeger liggen de letters en de tekstvakken iets minder diep. Vanaf de grond is dat niet te zien. En het is ook de onvermijdelijke consequentie van de keuze om met EPS-platen te werken. “We moesten concessies doen aan het origineel om te voorkomen dat dezelfde schade weer optreedt”, zegt Roth. “Maar uiteraard hebben we het wel overlegd met de gemeente.”

Onderhoud blijft altijd nodig

Overleg met de gemeente was er ook voor de zijgevels van de Machinefabriek. Die waren in het verleden wit gesausd. Heel fraai zag dat er niet meer uit omdat er allemaal graffiti op was aangebracht en vanwege de littekens door de sloop van een gebouwtje dat ooit tegen de gevel was geplaatst. Opnieuw schilderen vond Roth geen verstandige oplossing. “Dan blijf je er onderhoud aan houden. Daarom hebben we de gemeente voorgesteld om voor kaleiën te kiezen. Dan heb je een vergelijkbare look maar ben je wel onderhoudsarm. Het kaleiwerk is ook door stukadoorsbedrijf Van Baal gedaan. “We hebben een kalkcementmortel van SLP gebruikt. Die hebben we 3 mm dik aangebracht en hem vervolgens helemaal uitgeborsteld”, zegt Hans van Baal. Alles bij elkaar heeft zijn bedrijf vier maanden lang werk gehad aan de Machinefabriek, en heel gevarieerd. “Eigenlijk kwam zo’n beetje alles wat we doen samen in dit project. Een stukje gevelisolatie, een stukje restauratie en renovatie, werken met oude mortels, oude en nieuwe technieken. Heel apart en niet een project dat voor iedere stukadoor is weggelegd, je moet er echt de juiste mensen op hebben. Vooral met gevelisolatie moet je heel nauwkeurig werken; een klein foutje kan voor flinke problemen zorgen. Ook hier, waar het systeem helemaal geen thermische prestatie hoeft te leveren. Ontzettend belangrijk is namelijk dat er geen water achter kan komen. Daarvoor hebben we de EPS bij de aansluitingen op het metselwerk schuin ingesneden en heel nauwkeurig waterdicht gekit.” En ook al weet de stukadoor dat zijn mensen heel precies werken, toch dringt hij er bij de aannemer op aan om het met de gemeente over een onderhoudscontract te hebben. “Gewoon om de drie jaar even een hoogwerker erbij en alles nalopen. Zie je een scheurtje dan kun je dat bijtijds herstellen. Zo kun je heel gemakkelijk grote problemen voorkomen. Helaas wordt het te vaak op de lange baan geschoven, vanwege tijd of kosten. Maar gaat het stuk en kom je daar pas achter als het te laat is, dan is herstellen een heel stuk duurder!”

===

Tekst: Klokhuys tekst en foto
Fotografie: Klokhuys tekst en foto, SLP/Khalix Kars Geerken

Download de gratis Mebest-app